ETF’s zijn enorm populair. Met ETF’s kun je eenvoudig een goed gespreide beleggingsportefeuille opbouwen. Wel zijn er een aantal aandachtspunten bij het beleggen in ETF’s. In deze column bespreek ik 4 tips die je kunt gebruiken wanneer je in ETF’s gaat beleggen.
1. Gouden maatstaf: de tracking difference
Bij het selecteren van ETF’s kijken veel beleggers naar de kosten (TER of Lopende kosten). Natuurlijk zijn kosten belangrijk, maar een betere maatstaf om ETF’s mee te beoordelen is de tracking difference. Dit is het verschil tussen het rendement van de ETF en de onderliggende index.
Bij de meeste aanbieders van ETF’s kun je op de website het rendement van de ETF vergelijken met het rendement van de onderliggende index. Vaak is dit ‘gat’ groter dan je op basis van de kosten zou verwachten.
Kosten zeggen namelijk niet alles. Een hoop andere aspecten kunnen zorgen voor een lager (of soms hoger) rendement ten opzichte van de onderliggende index. Denk bijvoorbeeld aan: transactiekosten, gevolgen van sampling, dividendlekkage, cash drag, timing bij een rebalance en securities lending. Al deze aspecten beïnvloeden het rendement van een ETF.
2. Wees bewust van verborgen risico’s
Niet elke ETF is op dezelfde manier samengesteld. Sommige ETF’s maken gebruik van synthetische replicatie. In dat geval bezit de ETF de onderliggende stukken niet, maar worden derivatencontracten gebruikt om het rendement van de onderliggende index na te bootsen. Omdat bij deze structuur ook tegenpartijen zijn betrokken die het rendement van de index moeten garanderen, loop je meer risico.
Hoewel synthetische ETF’s vaak een onderpand aanhouden voor het geval er iets misgaat, is het maar de vraag of je echt volledig beschermd bent bij een faillissement.
Eenzelfde soort risico loop je wanneer de aanbieder van de ETF gebruik maakt van securities lending. In dat geval worden de onderliggende beleggingen tijdelijk uitgeleend, in ruil voor een stukje rente. Dit levert op jaarbasis vaak een paar basispunten extra rendement op.
Ondanks de strenge regels bij securities lending en het onderpand dat wordt aangehouden, loop je natuurlijk wel extra risico. Gratis rendement bestaat namelijk niet. Hoe groot dit risico precies is, weten we niet. Tot op heden zijn er bij de grote ETF aanbieders nog geen gevallen bekend van problemen als gevolg van securities lending.
3. Let op de dividendlekkage
Dividendlekkage ontstaat wanneer een deel van de betaalde dividendbelasting niet kan worden teruggevorderd. ETF’s met een statutaire vestiging in Nederland hebben dit probleem vaak niet. Meestal kun je zo’n ETF herkennen als de ISIN-code begint met NL.
Buitenlandse ETF’s hebben meer last van dividendlekkage. De meeste buitenlandse ETF’s zijn gevestigd in Ierland of Luxemburg. Bij in Ierland gevestigde ETF is de dividendlekkage meestal lager dan bij Luxemburgse ETF’s, maar beide kunnen niet op tegen een in Nederland gevestigde ETF.
4. Let op welke beurs je kiest
Vaak is dezelfde ETF op verschillende beurzen te verhandelen. Populaire beurzen in Europa zijn Euronext Amsterdam, Euronext Parijs, Deutsche Boerse Xetra, Londen Stock Exchange en Borsa Italiana.
Als je met euro’s belegt, ligt het voor de hand om een beurs te kiezen waar de ETF in euro’s genoteerd staat.
Daarnaast is het belangrijk om de transactiekosten bij je broker te vergelijken. Soms zijn de transactiekosten op Euronext goedkoper dan bijvoorbeeld op Xetra of Borsa Italiana.
Kijk tot slot waar de spread het laagste is. Op de beurs waar veel handel in de ETF is, liggen de spreadkosten vaak lager. Al deze informatie is meestal te vinden op de website van de aanbieder of op de website van de betreffende beurs.
