Volatiliteit is de mate van beweeglijkheid van de koers van bijvoorbeeld een aandeel. Volatiliteit kan je verdelen in twee termen, de historische volatiliteit en de impliciete volatiliteit.
In deze blog leggen we uit wat historische en impliciete volatiliteit precies inhouden en hoe je dit kunt interpreteren. Daarnaast bespreken we de termen volatility skew en term structure.
Betekenis volatiliteit
Voordat we het gaan hebben over historische en impliciete volatiliteit, gaan we uitleggen wat volatiliteit betekent.
Volatiliteit geeft de beweeglijkheid aan van een koers van een aandeel. Als een bedrijf een lage volatiliteit heeft betekent dit dat dit bedrijf een stabiele koers heeft. Dit is meestal het geval bij grote, gevestigde bedrijven.
Kleine, nieuwere bedrijven moeten in het begin nog wat vertrouwen winnen en hun positie op de markt vestigen. Dan is er een grote kans dat de koersen fluctueren en er een hoge beweeglijkheid is.
Hoe wordt volatiliteit gemeten?
Als je de volatiliteit gaat berekenen reken je als het ware uit wat de verwachte beweeglijkheid gaat zijn in een bepaalde periode van een aandeel. Dit wordt uitgedrukt in een percentage op jaarbasis. Dit wordt gemeten met behulp van een standaarddeviatie.
Hoe hoger de beweeglijkheid is van een aandeel, hoe groter het risico. De kans dat er uitschieters ontstaan in de prijs is hierbij veel groter. Zowel omhoog als omlaag.
Voor een actieve belegger is een hoge beweeglijkheid ideaal. Je kunt in een korte tijd veel winst maken, want er is kans op een prijsstijging. Maar je loopt ook een groter risico, doordat er net zoveel kans is op een prijsdaling.
Daarom is het voor defensieve beleggers slimmer om deze aandelen te vermijden. Voor een kleiner risico moet je kiezen voor aandelen met een lage beweeglijkheid. Deze staan stabiel op de markt en zullen minder snel een uitschieter krijgen.
Wat is historische volatiliteit?
Zoals hierboven gezegd heeft volatiliteit betrekking op de beweeglijkheid. Zoals de naam al weggeeft, zegt deze historische volatiliteit iets over de koersuitslagen uit het verleden. Dus niet zozeer over de toekomst.
Misschien vraag je je nu af, het verleden zegt toch niets over de toekomst? Dat klopt. In principe zegt het verleden niets over de toekomst. Toch is het handig om te kijken naar koersbewegingen van de afgelopen periode, omdat dit in veel gevallen de leidraad vormt voor koersontwikkelingen in de toekomst.
Het biedt geen 100% zekerheid over de toekomstige prijs en richting van het aandeel of marktindex.
Wat is impliciete volatiliteit?
Zoals hierboven gezegd heeft historische volatiliteit betrekking op het verleden. Hiertegenover staat impliciete volatiliteit, deze heeft juist betrekking op de toekomst.
De impliciete volatiliteit is een inschatting van optiehandelaren. Het beschrijft als het ware hoeveel volatiliteit zij verwachten voor de aandelen in de toekomst. De verwachte dividenden staan ook niet vast.
Volatility skew
Er zijn ook opties met eenzelfde looptijd maar een verschillende uitoefenprijs. Deze opties worden niet aan de hand van dezelfde impliciete volaliteit geprijsd. Dit houdt in dat deze opties tegen een verschillende hoeveelheid van beweeglijk onderling gewaardeerd worden.
Hierbij wordt een at-the-money put optie in vergelijking met een out-of-the-money put optie tegen een lagere impliciete volatiliteit geprijsd. Dit wordt ook wel omschreven als de volatility skew. Dit gebeurde na de eerste beurskrach na de Tweede Wereldoorlog in 1987, ook wel Black Monday genoemd.
Voor deze beurskrach was er namelijk nog geen sprake van een volatility skew op aandelenopties. Dit werd pas zichtbaar in de prijzen van opties na deze crash. Dit kwam omdat beleggers na deze crash het risico op een neerwaartse beweging hoger inschatten dan een opwaartse beweging, wat uiteindelijk leidde tot prijzen die hoger werden voor out-of-the-money put opties.
Term structure
Naast volatility skew heb je ook term structure. Dit is wanneer de uitoefenprijs hetzelfde is en de looptijd juist verschillend. Precies het tegenovergestelde van volatility skew dus.
Dit effect is te verklaren door hoe beleggers de onderliggende waarde op basis van gebeurtenissen in de toekomst inschatten. Het komt hierbij bijvoorbeeld vaak voor dat de impliciete volatiliteit richting de kwartaalcijfers toeneemt en vervolgens weer afneemt als de markt de cijfers heeft ontvangen en de koersbeweging achter de rug is.
Met term structure bepalen optiehandelaren of maanden duur of goedkoop gaan zijn. Tijdens de zomer zal de implied volatility bijvoorbeeld lager worden geprijsd dan tijdens de winter. Dat komt omdat het in de zomer rustiger is op de markt; hierdoor zijn de koersuitslagen kleiner.