Risico's van beleggen

Eén van de belangrijkste risico’s van beleggen is het marktrisico. Dit is het risico dat samenhangt met de beweeglijkheid van de markt als gevolg van wisselende stemmingen op de financiële markten. Alle beleggingen worden beïnvloed door het marktrisico. 

Dit risico spreekt waarschijnlijk het meest tot verbeelding. Koersrisico houdt simpelweg in dat de koers kan dalen. Je loopt dus risico door de volatiliteit van de koers. Koersen bewegen voortdurend, waardoor je vermogen op korte termijn meer of minder waard kan worden. 

Veranderingen in de rente kunnen de waarde van beleggingen beïnvloeden. Stijgende rente zorgt er bijvoorbeeld voor dat het voor bedrijven duurder wordt om te investeren. Dit heeft in de regel een negatieve invloed op aandelenkoersen. Ook heeft een stijgende rente een negatief effect op de koers van obligaties met een vaste rentevergoeding. Deze obligaties worden namelijk minder aantrekkelijk als de rente stijgt.

Kredietrisico (of debiteurenrisico) is het risico dat het bedrijf of de staat waarvan je beleggingsproducten hebt gekocht, niet langer aan zijn betalingsverplichtingen kan voldoen. Bij obligaties ontvang je dan bijvoorbeeld je hoofdsom niet terug en je aandelen kunnen niets meer waard worden.

Duurzaamheidsrisico verwijst naar potentiële negatieve impact van milieu-, sociale en bestuurlijke (ESG) factoren op de waarde van uw beleggingen. Denk hierbij aan risico's gerelateerd aan klimaatverandering zoals extreme weersomstandigheden, risico's die voortkomen uit maatschappelijke kwesties, zoals arbeidsomstandigheden en risico's die verband houden met bedrijfsbestuur, zoals corruptie. 

Het valutarisico is het risico dat een belegging minder waard wordt door een verandering in de wisselkoers van een vreemde valuta ten opzichte van de euro. Het valutarisico ontstaat bij beleggingen die in een vreemde valuta noteren, beleggingen die gevoelig zijn voor veranderingen in wisselkoersen of het aanhouden van liquiditeiten in vreemde valuta.

Het liquiditeitsrisico is het risico dat een belegging niet of niet tegen een redelijke prijs kan worden verhandeld vanwege een gebrek aan voldoende kopers en verkopers. Beperkte liquiditeit kan ertoe leiden dat beleggingen niet of alleen tegen een lagere koers verkocht kunnen worden dan de koers die op basis van de intrinsieke waarde verwacht mag worden. 

Het concentratierisico (of spreidingsrisico) is het risico dat een te groot deel van het vermogen geconcentreerd is en dus niet voldoende gespreid blijkt te zijn. Wanneer een groot deel van het vermogen in één bedrijf wordt belegd en dit bedrijf gaat failliet, dan zijn de gevolgen aanzienlijk groter dan wanneer het belegde vermogen gespreid is over meerdere bedrijven. Dit kan dus betrekking hebben op het aantal bedrijven waarin wordt belegd, maar ook de verschillende soorten beleggingen (bijvoorbeeld aandelen en obligaties) waarin wordt belegd.

Inflatierisico is alleen het geval wanneer de inflatie het rendement of de spaarrente overstijgt. Behaal je bijvoorbeeld gemiddeld 2,5% rendement over je beleggingen of 1,5% rente over je spaargeld en de inflatie stijgt naar 3,5%, dan verliest je vermogen. Jouw rendement kan de inflatie dan niet bijhouden. Inflatie is daarnaast ook een marktrisico dat je beleggingen kan raken.

Verschillende andere factoren kunnen de algemene koersontwikkeling van beleggingen beïnvloeden. Denk hierbij aan berichtgeving (zowel positief als negatief), groeivooruitzichten van een onderneming, stakingen en boycotten, politieke en geografische ontwikkelingen en fiscale aspecten.